Kick-Ass
verdeler
acteur/actrice (6)
regisseur (1)
producent (1)
scenarist (2)
Laat staan die afwas, onkruidverdelging, nektapijtreiniging of andere zomerverwelkomende tierlantijntjes en zet je schrap voor wat wel eens de meest entertainende verheerlijking van filmgeweld aan deze kant van het hiernamaals zou kunnen zijn sinds Dirty Harry zijn magnumkogels gebruikte om wiskundevraagstukken op te lossen. Kick-Ass dus. Die trouwens mooi doet wat de titel zegt: voorgefabriceerd entertainment een poepje laten ruiken door de conventies van het superheldengenre en de gewelddadige actiecinema binnenstebuiten te keren en te kneden tot een heerlijk politiek incorrecte multiplexfilm.
Kick-Ass werd samen ontwikkeld met de gelijknamige comic. Auteur Mark Millar (Wanted) schreef het scenario voor het stripverhaal dat zou getekend worden door genrespecialist John Romita Jr., terwijl regisseur Matthew Vaughn en co-scenariste Jane Goldman de filmversie ontwikkelden. De Brit Vaughn (de echtgenoot van Claudia Schiffer) staat bekend voor zijn eigenzinnige aanpak: hij leerde het klappen van de zweep als producer bij Guy Ritchies eerste drie films vooraleer zelf in de regiestoel plaats te nemen voor Layer Cake. Een zitje dat hij trouwens in de steek liet daar hij de hem toegewezen regie voor X-Men: The Last Stand liet varen wegens zogenaamde creatieve meningsverschillen. Vaughn was niet van plan om water bij de wijn te doen als het op het verfilmen van Kick-Ass aankwam. Toen zowat elke Hollywoodstudio het scenario afwees wegens te gewelddadig, besloot Vaughn om de film zelf te financieren zodat hij geen toegevingen moest doen aan bemoeizuchtige studiohoofden. Een slimme zet: toen de opnames van de film achter de rug waren, was het comic book immers al op de markt, en was de nieuwsgierigheid van de studio’s gewekt. Lionsgate (hoofdzakelijk bekend om zijn horrorprenten) kocht de film aan voor de release in Amerika. Jammer voor hen breekt de film er geen potten: de R-rating zorgt er immers voor dat de film verboden is voor tieners, en volwassenen zien schijnbaar geen graten in een (tiener)film waarin het superheldengenre een Tarantino-eske aanpak meekrijgt. En zeggen dat Kick-Ass voorlopig met vlag en wimpel de meest entertainende prent van het jaar is.
Centraal staat tiener Dave Lizewski (Aaron Taylor-Johnson, eveneens te zien als jonge John Lennon in Nowhere Boy) die zich afvraagt hoe het komt dat niemand in het echte leven op het idee is gekomen om, verkleed als superheld, misdadigers een lesje te leren. Nadat hij en zijn vrienden voor de zoveelste keer overvallen worden door baldadige leeftijdsgenoten besluit hij zijn kans te wagen: hij koopt een groen superheldenpak op het wereldwijde web (waar anders), doopt zich om tot Kick-Ass en gaat op zoek naar misdaden die hij kan bestrijden. Weet hij veel dat hij zich daarmee meer moeilijkheden op de hals haalt dan hij ooit voor mogelijk hield. Hij komt immers in contact met Big Daddy (Nicolas Cage) en zijn elfjarige dochter Hit-Girl (Chloë Grace Moretz), twee vigilantes met een opzienbarend wapenarsenaal. Die twee hebben wraak gezworen op de plaatselijke maffiabaas Frank D’Amico (Mark Strong) die verantwoordelijk is voor de dood van zijn echtgenote/haar moeder. Wanneer D’Amico denkt dat een paar van zijn handlangers zijn geliquideerd door Kick-Ass, besluit hij de nieuwbakken superheld meteen een kopje kleiner te maken. Maar dat is buiten Big Daddy en Hit-Girl gerekend, al is maar de vraag of zij opgewassen zijn tegen het blinde geweld van D’Amico en zijn manschappen die er niet voor terugdeinzen om bv. hun tegenstanders in een microgolfoven te stoppen…
Dé reden dat Vaughn bij heel wat filmstudio’s van een kale investeringsreis thuis kwam is de elfjarige Hit-Girl. Een jong meisje dat tegenstanders in stukken hakt en zelf ook een groot aantal harde klappen incasseert kon immers niet door de beugel, en blijft een doorn in het oog voor veel moraalridders. Wie deze film au sérieux neemt, zoekt echter beter een ander paard op. Kick-Ass gaat er immers bewust over, en Vaughn mixt comic bookingrediënten met de filmische stijl van John Woo en Quentin Tarantino, maar vindt moeiteloos een eigen en unieke stem en toon. Wat begint als een fijne persiflage op Spider-Man (inclusief voice-over) ontaardt algauw in een brutale geweldorgie met exploderende ledematen, hilarische oneliners (“tool up honey bunny, it’s time to get bad guys”) en instant klassieke scènes.
Net als bij Stardust slaagt Vaughn erin om een film die uitbulkt van ideeën en personages in de hand te houden – al is het verhaallogisch gezien af en toe op het randje. De nevenpersonages zijn niet allemaal even sterk (de subplot die draait rond Daves vermeende homoseksualiteit valt zelfs vrij zwakjes uit), maar dat neemt niet weg dat Kick-Ass constant verrast en moeiteloos zijn mindere kantjes buitenspel zet door een ongebreideld enthousiasme. En dat alles bevolkt met een uitstekende cast: Aaron Taylor-Johnson drukt op de juiste knoppen als het nog nerdier broertje van Peter Parker, Nicolas Cage was in jaren niet zo goed als in zijn rol van Big Daddy waarin hij zijn dochter leert om de impact van kogels te vermijden door haar koudweg omver te knallen vooraleer een ijsje te gaan eten, Chloe Grace Moretz is een openbaring als de met een paarse pruik uitgeruste Hit-Girl (de kans is groot dat ze ook jouw hart steelt) en Mark Strong trekt alle registers open als heerlijke foute perfide maffiabaas.
Of we Sin City hebben gezien, wil het hoofdpersonage op een bepaald moment weten. Yep, maar zelfs dat comic noir-meesterwerk bereidt je niet voor op deze volstrekt waanzinnige en bloederige, welhaast niet te kwalificeren brok buitenaards entertainment. En afsluiten doen we met een speciale vermelding voor de alle kanten opschietende soundtrack die de perfecte omkadering vormt bij deze instantklassieker.
16-04-2010 | Plaats 1 | $ 19.828.687 |
23-04-2010 | Plaats 5 | $ 9.342.398 |
30-04-2010 | Plaats 8 | $ 4.515.940 |