Whiplash
verdeler
acteur/actrice (10)
regisseur (1)
producent (4)
J.K. Simmons is een acteur die zichzelf in de kijker werkte met gesmaakte komische bijrollen in onder meer Sam Raimi’s Spider-Man-trilogie, Burn After Reading, Juno en Thank You For Smoking. Ook op tv vond hij een niche als vast castlid in The Closer. Allemaal opwarmertjes zo blijkt nu voor dé rol waarvoor hij schijnbaar in de wieg was gelegd: die van de no-nonsense dirigent/muziekdocent Fletcher in het imponerende Whiplash. Simmons’ vertolking tilt deze sowieso al meesterlijke film nog een niveau hoger en zorgt er mee voor dat het totaalpakket volledig terecht wordt bewierookt als een van de beste Amerikaanse producties van 2014. En die vertolking is bijna niemand ontgaan: Simmons rijft de prijzen voor beste mannelijke bijrol non-stop aan elkaar, en zal aan het eind van de rit meer dan twintig keer gelauwerd zijn voor die rol. Meer dan terecht overigens.
Whiplash is het geesteskind van Damien Chazelle. Die debuteerde in 2009 op zijn vierentwintigste met de in jazzmiddens gesitueerde romcom Guy and Madeline on a Park Bench. Daarna schreef hij twee horrorscenario’s The Last Exorcism Part II en Grand Piano. Opwarmertjes voor wat eindelijk zijn eerste echte (bijna) meesterwerk scheen te zijn. Het scenario van Whiplash kreeg Chazelle aanvankelijk niet verfilmd, tot hij het idee kreeg om een deel ervan als kortfilm te draaien - ook al met Simmons in de hoofdrol trouwens. Die kortfilm won een prijs op Sundance in 2013, waarop alles plots vlotter dan vlot begon te verlopen. Een jaar later ging de langspeelversie – gemaakt voor zo’n 3,3 miljoen dollar - in première op Sundance en na gesmaakte passages op festivals in Cannes en Deauville was Whiplash eindelijk klaar om het grote publiek te veroveren.
Miles Teller is Andrew Neyman, een jonge drummer die de kans krijgt om te studeren aan een prestigieus conservatorium in New York. Hij mag daar aantreden in een orkest geleid door de autoritaire en manisch-sadistische Fletcher (Simmons). Die mag dan wel het beste naar boven halen bij Andrew, zijn R. Lee Ermey-aanpak zorgt er evenwel voor dat de obsessie om per se de beste te willen zijn de jonge drummer mentaal dreigt te kraken. ‘t Lijkt 'Full Metal Orchestra' wel.
Chazelle baseerde Whiplash op zijn eigen ervaringen als muziekstudent aan een conservatorium. Het personage van Simmons is gebaseerd op een van zijn vroegere leraars, maar bewust aangedikt. Chazelle gaf aan Simmons de opdracht om zo ver mogelijk te gaan in zijn scheldtirades en fysieke martelingen. Zozeer zelfs dat heel wat van de acteurs in bijrollen – vaak echte muzikanten of studenten – het écht op hun heupen kregen van Simmons. De enige reden dat de opnames voor iedereen draaglijk bleven kwam volgens Chazelle omdat Simmons tussen de opnames door niet in karakter bleef, maar heel aimabel en toegankelijk was.
In Whiplash is er geen plaats voor karikaturen – op één scène na dan misschien. We verklappen niet alles, maar het is een scène waarin een auto een voorname plaats opeist. Teller en Simmons zetten karakters neer die lang na de eindgeneriek blijven rondspoken, en Simmons’ scheldtirades zien zich verzekerd van een vermelding in elk zichzelf respecterend filmlexicon. Ook de regie van Chazelle slaat gensters. De manier waarop hij de muziekstukken in beeld brengt is magistraal en helpt zelfs om de obsessie van zowel Teller als Simmons te kaderen. Kortom: een prachtfilm die er boenk opzit.
Gezien op het Filmfestival van Gent..