Dracula Has Risen From The Grave
verdeler
acteur/actrice (6)
regisseur (1)
producent (1)
scenarist (2)
De derde doortocht van Christopher Lee als Dracula in Hammers vampierenfranchise legt zowel de goede aspecten als de pijnpunten bloot. Het ene moment is Lee angstwekkend iconisch als de vampier der vampieren, op een ander lijkt hij meer een verwend kind dat boos op de grond staat te stampen omdat hij zijn zin niet krijgt. En zijn er naast Lee nog andere Dracula’s geweest die uit pure frustratie een van de aanwezige deernen een klets tegen de kaak geeft?
Dracula Has Risen From The Grave is op zijn zachtst gezegd een hobbelige film in de franchise, maar is alleen al voor die kaakklets en de grondstamperij de aandacht meer dan waard. Niet alleen daarom trouwens: de openingsscène is een sterk staaltje subtiel geregisseerde spanning en de momenten waarop Lee in het laatste kwartier zowel een staak als een kruis door het lijf krijgt behoren tot het beste wat Hammers Draculacyclus te bieden heeft.
Oorspronkelijk zou Terence Fisher de regie op zich nemen, maar die brak zijn been bij een auto-ongeval waarop director of photography Freddie Francis de regieteugels overnam. Al was hij toen eigenlijk al evenveel regisseur als cameraman daar hij voor 1968 al vier films voor Hammer en zes voor Amicus had geregisseerd. Mooi is de manier waarop Francis Dracula/Lee inkadert. Heel wat scènes waarin Lee zijn hoektanden ontbloot zijn gefilmd in een glasraamkleurige waas. Een kleurenpalet dat best wel voor wat kunstzinnige gravitas zorgt. Anthony Hinds zorgt dan weer voor een helder zij het weinig verrassend script waarin Dracula zich na zijn verrijzenis ergens na twintig minuten in de film wil wreken op bisschop Rupert Davies omdat die zijn kasteel heeft verzegeld door een groot kruisbeeld tussen de slotpoort te rammen. Gelukkig heeft de bisschop een nichtje met een ranke nek (Veronica Carlson) zodat Dracula zijn wraak in stijl en vol ornaat kan uitvoeren. Al moet hij dan ook nog wel voorbij Carlsons lief Barry Andrews zien te geraken want die wil die ranke nek het liefst ongeschonden houden.
Ambiance dus. Met naast het vele helrode bloed en de fluoglasraamkleuren ook nog een aparte vermelding voor de rozerozige decolletérondingen die sinds pakweg medio de tweede helft van de jaren zestig graag en veel hun opwachting maakten in het Hammercanon.