Frank Borzage
In zijn jeugd werkte Frank Borzage heel even in een zilvermijn maar sloot zich hierna aan bij een rondreizend toneelgezelschap waar hij als 13-jarige (!) een eerste filmervaring opdeed als acteur. Hij was in deze beginperiode vooral te zien in westerns als When Lee Surrenders (1912) maar ook in korte films (van 2 haspels) in het komedie-genre die hij vanaf 1916 ook zelf ging regisseren voor Universal. In 1917 ging hij aan de slag bij Triangle met Allan Dwan als producer. Daarna ging hij freelance werken met als resultaat een flinke hit bij Paramount met het sentimentele, Joodse drama Humoresque (1920).
Halverwege de jaren '20 had hij in Hollywood als regisseur een sterke reputatie opgebouwd die een kwarteeuw zou standhouden. Zijn eerste geluidsfilm was They Had to See Paris (1929). Zijn beste films situeerden zich in de jaren '30 en vertegenwoordigen een mix van romantiek en spiritualiteit die zich niet zelden afspeelde tegen de achtergrond van bijvoorbeeld de Eerste Wereldoorlog (Seventh Heaven), de depressie (Man's Castle) en de opkomst van het fascisme in Europa (Little Man, What Now?).
Maar Borzage was ook een uitstekend technicus en een meester in het weergeven van mystiek door een gedurfde cameratechniek en belichting. In de filmische apotheose van 7th Heaven bijvoorbeeld bevinden de doden en de levenden zich in één en hetzelfde vliegtuig.
In 1962 won hij de D.W. Griffith Award voor wat omschreven werd als 'buitengewone bijdrage op het vlak van de filmregie'. Frank Borzage was de eerste winnaar ooit van de Academy Award/Oscar voor beste regie in (1929) voor 7th Heaven, een Fox-film met Janet Gaynor en Charles Farrell.
Oscars ® 1933 | Gewonnen | Regie | Bad Girl |
Oscars ® 1929 | Gewonnen | RegieDrama | 7th Heaven |
"HIstory Is Made at Night is not only the most romantic tragedy in the history of the cinema but also a profound exposition of Borzage's commitment to love over probability." (Andrew Sarris 1968).