Letters from Iwo Jima
verdeler
acteur/actrice (6)
regisseur (1)
uitvoerend producent (1)
director of photography (1)
scenarist (1)
beeldmonteur (2)
kostuumontwerper (1)
componist (1)
In het midden van de malaise die Irak noemt een film maken over een historische veldslag en die niet belichten uit Amerikaans standpunt... je moet het maar doen. En dat is net wat goeie ouwe Clint Eastwood 'losjes uit de pols' heeft klaargespeeld. Tijdens het voorbereiden en draaien van Flags Of Our Fathers, een registratie van de bloederige WO II-slag om het eiland Iwo Jima, kreeg hij plots zin om een tweede film rond het gegeven te draaien. Ditmaal niet vanuit Amerikaans standpunt, maar wel vanuit Japanse ooghoek. Hoe werden de Japanse soldaten klaargestoomd voor de bloederige veldslag (op amper 35 dagen tijd bijna 7.000 slachtoffers bij de Amerikanen en meer dan 20.000 slachtoffers aan Japanse zijde), hoe verwerkten ze de nederlaag etc. En dit allemaal zo authentiek mogelijk: er wordt uitsluitend Japans gesproken in de film, en op Ken Watanabe (The Last Samurai) na, wordt de film uitsluitend bevolkt door (in het Westen) illustere onbekenden.
Letters From Iwo Jima is gebaseerd op het dagboek en de brieven die generaal Kuribayashi (Ken Watanabe) aan zijn vrouw, zoon en dochter schreef. Die werden gebundeld in het boek 'Picture Letters From Commander In Chief' en hielpen Eastwood en scenaristen Paul Haggis en Iris Yamashita om te achterhalen wat voor man de generaal was. Het feit dat hij bijvoorbeeld lange tijd in Amerika verbleef voor de oorlog, maakte zijn karaktertekening er nog ambiguer op. In essentie was hij een man met een passie voor zijn familie en het leven, maar die gedreven door eer en vaderlandsliefde de taak op zich nam om de Amerikanen tegenstand te bieden op het strategisch gelegen vulkaaneiland Iwo Jima, ook al wist hij goed dat zijn kansen op overleving nihil waren.
Toch maakte hij het beste van zijn missie: hij zag al snel in dat het zinloos was om het eiland vanuit loopgraven op het strand te verdedigen, en hij verplichtte de troepen op het eiland om ondergrondse bunkers te bouwen, van waaruit ze de Amerikaanse aanval konden afslaan. De verrassingsaanvallen uit die bunkers maakten het de Amerikanen in elk geval niet gemakkelijk (zie Flags Of Our Fathers), maar Kuribayashi moest ook inzien dat zijn plan verre van waterdicht was. De Japanse soldaten zaten al snel als ratten in de val, en nadat Zijne Keizerlijke Hoogheid laat weten dat de troepen op Iwo Jima het zonder logistieke versterking moeten doen, is de nederlaag zo goed als onafwendbaar.
Letters From Iwo Jima wordt niet alleen verteld vanuit het standpunt van de generaal, maar ook uit dat van de soldaat Saigo (Kazunari Ninomiya, in Japan populair als lid van de boysband Arashi). Deze jonge bakker ventileert de twijfels van het gewone voetvolk over de missie en stelt zich gaandeweg ook vragen over de verplichting die er is om te sterven voor het vaderland. Uiteindelijk ontsnapt ook hij een paar keer ternauwernood aan de dood.
An sich vertelt Letters From Iwo Jima niets dat we nog niet in andere (anti-)oorlogsfilms zagen. De angst om te sterven, cameraderie tussen de soldaten, de pelotonleiders die er niet voor terugdeinzen om hun eigen troepen te schofferen, de verhaallijn is inwisselbaar met die van heel wat andere (anti-)oorlogsfilms. Er zijn bijvoorbeeld heel wat gelijkenissen met All Quiet On The Western Front, een andere klassieke Amerikaanse film (weliswaar gebaseerd op een Duitse bestseller) die zich niet op de eigen troepen focuste, en die de angsten van de Duitse soldaat in de loopgraven van WO I blootlegde. Maar het is verfrissend om Eastwood als ingetogen en sereen cineast aan het werk te zien. Hij toont de Japanners als mensen van vlees en bloed met dezelfde emoties, angsten en twijfels van de Amerikaanse of Westerse soldaten. Al zijn de Japanners wel een klasse apart: liever dan zich over te geven bij een uitzichtloze situatie, plegen ze collectieve zelfmoord. De scène waarin de soldaten blindelings hun leider volgen naar het Keizerrijk Voorbij De Zon En Dan Nog Wat Verder is gruwelijker dan eender welke andere scène in de film ook. De scènes in de bunkers zijn van een claustrofobische schoonheid (moeilijk te geloven dat ze opgenomen zijn ergens op een soundstage in Californië trouwens). Eastwood zoekt zijn heil niet in nodeloze oorlogsbrutaliteiten (al is er ook geen tekort aan in de film), en één onverwachts slachtoffer van een Amerikaans soldaat met een vlammenwerper zegt even veel als een herhaaldelijk uitspelen van dat effect. Eastwood bewijst met deze film met verve dat hij is uitgegroeid tot één van de interessantste Amerikaanse regisseurs aller tijden, en dat hij moeiteloos mag plaatsnemen in het rijtje écht groten. Voor zover hij daar al niet stond, tenminste.