Het beest

Gewoon
Het beest poster
1982
langspeelfilm
86 minuten
drama

acteur/actrice (10)

Willem Ruis → Harry Melchior
Hedie Meyling → Lenie, zijn vrouw
Anouk Collet → Bibi, hun dochtertje
Cara Van Wersch → oma
Ward De Ravet → Karlsen
Josée Ruiter → Martine
Harry Kümel → man op autoweg
Frleya Ligtenberg → secretaresse
Bert André
Alex Van Haecke

regisseur (1)

Paul Collet

producent (2)

John De Mol
Paul Collet

director of photography (1)

Ralf Boumans

uitvoerend producent (1)

Pierre Drouot

scenarist (1)

Paul Collet

beeldmonteur (2)

Robert Klinkert
Danniel Danniel

kostuumontwerper (1)

Danny Collet

componist (1)

Egisto Macchi

Geen gebrek aan Vlaamse cultfilms in de eerste helft van de jaren tachtig. En de opsomming stopt geenszins bij Rob Van Eycks The Afterman, Guy Lee Thijs’ De potloodmoorden en Luc Veldemans The Antwerp Killer. Ook Paul Collets Het beest hoort in deze eregalerij thuis.

Het beest is in wezen een intiem psychologisch karakterdrama, maar de uitwerking ervan kan je bezwaarlijk urgente cinema noemen. Dat de film destijds meer was dan een in de marge doodgezwegen kijkstuk kwam in de eerste plaats door het casten van Willem Ruis in de hoofdrol. De razendpopulaire zij het niet onbesproken presentator en rasentertainer wou immers meer doen dan grootschalige televisieprojecten mennen, en droomde ook van een acteercarrière. En de hoofdrol in wat Het beest zou worden – Ruis zette zijn handtekening toen het project nog De wereld van Harry Melchior heette – leek hem wel wat.

Naarmate de opnames naderden kreeg Ruis echter koudwatervrees. Niet omdat hij niet meer wou acteren, maar omdat hij bij nader inzien het script toch maar matig vond en meer actie naast de introspectie wou. Hij liet Collet weten uit de film te willen stappen, maar toen dat niet mogelijk was zonder financiële en gerechtelijke repercussies hield Ruis zich alsnog aan zijn afspraak. Al zag Collet zich wel verplicht om tijden de opnames grote delen van het script aan te passen, en daarbij moest hij nogal wat poten vanonder zijn in wezen persoonlijk auteursproject zagen.

Ruis kruipt tegelijkertijd warrig en solide in de huid van een gladde projectontwikkelaar die evolueert naar getergde wreker. Wanneer hij merkt dat één van de huis- en grondprojecten waar hij bij betrokken is ertoe leidt dat zijn moeder wordt onteigend, begint hij te beseffen dat zijn leven op het verkeerde spoor zit. Maar de mallemolen zonder slag of stoot verlaten blijkt niet te lukken. Na de dood van zijn moeder verklaart hij openlijk de oorlog aan zijn zakenpartners, daarbij afglijdend naar een mentale aftakeling waarbij hij ook zijn vrouw en dochter dreigt te verliezen. En dat culmineert in een climax die van Het beest onvervalste hippe subcultuur maakt: Ruis die met een machinegeweer waarop hij een hertenkop heeft bevestigd al zijn vijanden neermaait tijdens een jachtpartij. Een scène waar Ruis zich trouwens wel kon in vinden.

Maar dat bleek naderhand een van de weinige te zijn. Toen Ruis en zijn manager John De Mol een eerste gemonteerde werkversie zagen waren ze allerminst tevreden. En dat was Collet ook niet, want die vond dat de vele compromissen die hij had gesloten zijn eigen visie hadden ondermijnd. De Mol en Ruis gingen nog een stap verder: ze vroegen aan Collet of ze zelf een versie van de film voor het Nederlandse publiek mochten monteren omdat ‘Belgen en Nederlanders nu eenmaal een ander ritme gewend waren’. Een gedesillusioneerde Collet trok daarop zijn handen af van wat hij als een verkrachting van zijn werk beschouwde en concentreerde zich daarop volledig op de ‘Vlaamse versie’. Ruis en De Mol gingen ver in hun herinterpretatie: ze huurden Frans Weisz in om nieuwe scènes op te nemen, schreven nieuwe dialogen, hermonteerden grote delen van de prent en lieten hem ook volledig opnieuw dubben.

De Vlaamse print van Het beest mag dan al een curiosum zijn, de Nederlandse versie was dat nog veel meer. Succes hadden de ingrepen van Ruis en De Mol niet: de film werd in Nederland linea recta de grond ingeboord en flopte genadeloos aan de kassa’s, terwijl er in Vlaanderen nog gewag kon worden gemaakt van ‘een bescheiden succes’.

Wat er ook van zij: of Collets oorspronkelijke film de al dan niet gulden middenweg tussen serene karakterontwikkeling en een pakkend verhaal zou hebben gevonden is een open vraag, al zijn er zeker genoeg momenten die het existentieel drama duiden dat Collet wou maken. Maar dat existentialisme leidde in de eerste plaats naar een warrige en bij tijd en wijlen onbedoeld hilarische en pompeuze brikkenbrak uit de reeks ‘zien is geloven’. Twee keer zelfs.

Alex De Rouck


Synopsis

Een projectontwikkelaar komt tot inkeer als zijn eigen moeder het slachtoffer dreigt te worden van de stadssanering. Hij gaat de politie te lijf met machinepistolen.