Cloverfield
verdeler
acteur/actrice (8)
regisseur (1)
producent (2)
uitvoerend producent (2)
director of photography (1)
beeldmonteur (1)
productieontwerper (1)
artdirector (1)
kostuumontwerper (1)
De jolige jongens van UB 40 vroegen zich destijds af wat ze moesten doen toen er een rat in de keuken zat. Op de vraag wat je best doet als er een monster in de stad rondwaart, wist Alias en Lost-brein J. J. Abrams al snel het antwoord: alles opnemen door een camcorder en er een heuse hype mee creëren zodat de resulterende film wel een geheide hit moet worden. Slimme kerel, die Abrams, ook al hielden wij de capriolen van Lost na een seizoen voor bekeken. Zoveel tijd hebben we nu ook weer niet in het leven om zo lang met onze entertainmentvoeten te laten spelen.
Cloverfield is echter lean en mean. De film duurt hoop en al 80 minuten. Abrams voelde goed aan dat de kracht van de gimmick in het korte en krachtige karakter schuilde. En hij oordeelde ook dat deze film niet als een normale monsterprent op de markt kon worden gegooid. Gelijk had hij, want het gegeven van een monster dat een Amerikaanse grootstad met de grond gelijk maakt, is immers niet origineel meer. Je kan het elke generatie wel eens opnieuw met succes verkopen, maar door de hype boven het monster te stellen in de marketingcampagne creëerde Adams een (internet)buzz die veel goedkoper en even efficiënt is dan miljoenen verslindende promotie- en postercampagnes. De virale marketing die werkte voor The Blair Witch Project doet het dus opnieuw voor Cloverfield.
Het nog titelloze Cloverfield werd voor de eerste keer onder de aandacht gebracht tijdens de Amerikaanse release van Transformers. Het publiek kreeg toen een trailer te zien waarin een paar tieners een conversatie hebben op het dak van een appartement. Plots zijn er explosies en rolt het hoofd van het vrijheidsbeeld over de straat. Fade out, met als enige aankondiging '1-18-08' en 'J.J. Abrams'. Een film waarin New York wordt vernietigd, en waar nog niemand van had gehoord… de nieuwsgierigheid was meteen gewekt. Een hele meute internetgekke tieners ging direct op zoek naar meer informatie, maar die was (bewust) karig. Een van de eerste valabele sporen bleek naderhand de website 01-18.08.com te zijn. (Die – geüpdate – site bestaat trouwens nog steeds, neem de proef maar op de som). Daarop waren in het prille begin enkel twee foto’s te zien van een meisje en een jongen. De jongen had een t-shirt aan met een verwijzing naar de frisdrank Slusho (een naam die ook in Abrams’ Alias voorkomt) en die leidde dan weer naar de website slusho.jp. Door met broodkruimels te strooien, liet Abrams de geïnteresseerden zelf voor gratis publiciteit zorgen (de zoektocht kwam herhaaldelijk in de media) en het was pas bij de nieuwe trailer (die in Amerika bij Beowulf werd vertoond) dat de titel en wat meer info werd prijsgegeven. De kat was uit de zak, en de anticipatie naar Cloverfield een anders-dan-anders monsterfilm met release op 18 januari 2008 kon beginnen. Een openingsweekend van meer dan 40 miljoen dollar was het resultaat, en dat was meteen al genoeg om uit de kosten (ca. 30 miljoen dollar) te komen.
Cloverfield is niet zo goedkoop gemaakt als The Blair Witch Project. Waar de makers in die film genoeg hadden aan een drietal vrolijke kampeerders en een bos, waren er hier natuurlijk duurdere shots nodig. Een onthoofde Lady Liberty, een monster dat zich vastklampt aan torengebouwen, instortende appartementen… Cloverfield heeft genoeg money shots om de anticipatie niet in een koude douche te laten verzanden. Al zijn die uiteindelijk niet het belangrijkst: het wordt nooit duidelijk waar de monsters in deze film vandaan komen. We weten enkel dat ze er zijn, en dat ze New York langzaam aan in een ruïne aan het herschapen zijn, en dat de bewoners als vliegen bij bosjes vallen. En we krijgen alles enkel maar te zien door een camcorder, die wordt bediend door een twintiger. Het omkaderende verhaal is trouwens rudimentair: een stel twintigers komt in een appartement samen om een afscheidsfeestje te brouwen voor één van hen die naar Japan vertrekt. Met een camcorder zien we een registratie van dat feestje, en als de eerste explosies in de binnenstad zich voordoen, zien we gedurende een goed uur als getuige aan de zijlijn hoe de mensen zich in veiligheid proberen te brengen. J.J. Abrams en regisseur Matt Reeves bedienen zich van de te verwachten trucjes: soms zien we maar flitsen (het monster komt net genoeg in beeld om een beeld te krijgen van hoe het er ongeveer uitziet), dan weer shots van lopende mensen, dan stopt de captatie midden in de actie, enz. En ook het ‘found footage’-truukje uit Cannibal Holocaust en The Blair Witch Project wordt terug van stal gehaald: bij het begin van de film verschijnt de boodschap dat alle beelden die we te zien krijgen in beslag zijn genomen door het ministerie van defensie en gevonden werden in wat vroeger bekend stond als Central Park.
Het knapste aan Cloverfield is misschien nog wel dat het amateuristisch oogt, maar eigenlijk allemaal verdomd professioneel in elkaar zit, en dat toch de illusie wordt gewekt dat de beelden van een veredelde thuiscamera afkomstig zijn. Echt spannend of verrassend wordt het nooit (de beste sequens is de claustrofobische tocht door de metrotunnel), het blijft natuurlijk een standaard monsterfilm. Zij het een met een inventief in beeld gebracht verschil. Enkel maar te hopen dat we niet overvallen worden door een legioen aan klonen en sequels. Waar we (gezien het succes van de eersteling) echter nu al voor vrezen: regisseur Matt Reeves liet al doorschemeren dat er misschien nog wel getuigen met camcorders rondliepen de avond dat het monster aanviel...
18-01-2008 | Plaats 1 | $ 40.058.229 |
25-01-2008 | Plaats 4 | $ 12.712.134 |
01-02-2008 | Plaats 9 | $ 4.842.031 |