Terug naar morgen
verdeler
acteur/actrice (8)
regisseur (1)
De puntjes staan niet altijd op de juiste titel-i. In het geval van “Star Wars” wel, daar de originele (werk)titel “The Adventures Of Luke Starkiller” toch niet zo legendarisch bekt als die twee befaamde steeds nieuwe generaties kietelende woorden. In het geval van “Terug Naar Morgen” was beter de oorspronkelijke titel behouden. “Alles Voor Lena” klinkt immers heel wat subtieler en beter dan wat het uiteindelijk is geworden. Al mogen we nog tevreden zijn dat de keuze niet op “Terug Naar De Toekomst” viel, wat natuurlijk helemaal van de pot gerukt zou zijn.
De gekozen titel duidt in elk geval netjes het parcours van de plot aan. De mosterdpitten werden trouwens niet alleen bij “Back To The Future (Part II)” gehaald, maar ook een stuk bij “The Butterfly Effect” en eender welke andere prent waar verschuivingen in tijdslagen centraal staan. In “Alles Voor Lena” … pardon “Terug Naar Morgen” gaan mensen niet fysiek terug in de tijd, maar ze kunnen wel e-mails terugsturen. In 2040 slagen universiteitsprofessor Victor Van De Sype (Koen De Graeve) en zijn assistent Titus (Robrecht Vanden Thoren) erin om vanop de campus van de Leuvense universiteit e-mails terug naar het verleden te sturen. Veel wetenschappelijke mumbo jumbo wordt daar niet aan besteed: het heeft iets te maken met het ombuigen van tijdslijnen en het Casimireffect, dat is wat er te onthouden valt.
Victor en Titus besluiten om een e-mail terug te sturen naar 2015. Het lot valt op ene Tom (Matteo Simoni) die zonder dat hij het zelf weet vanuit de toekomst wordt gemanipuleerd. En dat blijft niet zonder gevolgen: een aangepast verleden leidt bijna automatisch naar een aangepaste toekomst en een veranderd heden. En dat is hier niet anders. Bovendien wordt niet alleen het leven van Tom grondig door elkaar geschud, ook het lot van Victor en zijn geliefde Lena komen op de helling te staan.
“Terug Naar Morgen” is het regiedebuut van Lukas Bossuyt, die hiervoor vooral als scenarist aan de slag was (“De Rodenburgs”, “Aspe”). Het – zeker naar Vlaamse/Belgische langspeelfilmnormen – intrigerende sciencefictionuitgangspunt alleen levert helaas geen volledig geslaagde film op. Na een betrekkelijk sterk eerste halfuur – waarin het met de synopsis in het achterhoofd best nieuwsgierig gissen is naar wat er nog gaat gebeuren – krijgt Bossuyt – die ook het scenario schreef – het moeilijk om een voldoening schenkende hoofdschotel te serveren.
Het script springt in het laatste halfuur zo vaak heen en weer in de tijd dat het lastig is om bij de les te blijven. Ook de geloofwaardigheid krijgt – zelfs binnen de grenzen van de fantasiefunderingen – meer dan een knauw. Twee euvel(tje)s waar eigenlijk nog best mee te leven valt. Erger is dat Bossuyt er niet in slaagt om een traan in de ooghoeken te krijgen bij de dramatische bovenlaag, of de thrillervibraties die even de kop opsteken spannend te maken. Die flatlines zijn uiteindelijk de echte reden dat “Terug Naar Morgen” finaal niet tot de verbeelding spreekt, chat of skypet. Al is het concept op zich gelukkig alsnog sterk genoeg om deze Vlaamse productie een faire kans te geven tussen al het Amerikaanse blockbustergeweld. Wie echter genoeg heeft aan één Vlaamse film per maand, is dan weer beter af met “Café Derby”.