Tron Legacy
verdeler
acteur/actrice (10)
regisseur (1)
producent (3)
In 1982 waren de Disneystudio’s hun tijd vooruit met wat geboekstaafd staat als de eerste 'computerfilm'. Het experiment Tron brak weinig potten en verdween bijna geruisloos uit de zalen. Al bleef de cultus rond de 'lightcycle-wereld intact, onder meer door een arcadespel dat uiteindelijk succesvoller werd dan de film. Tron was destijds het geesteskind van regisseur Steven Lisberger, die naar eigen zeggen het idee voelde rijpen toen hij in 1976 voor de eerste keer het toen trendsettend spelletje 'Pong' zag (waar is de tijd?). Begin jaren tachtig trok Lisberger met zijn plan naar de Disneystudio’s. Die waren niet echt happig om te financieren in wat zij als een groot risico zagen, maar lieten zich na wat testbeelden toch overtuigen om de film een kans te geven. Voor de eigenlijke productie werden gevestigde namen als Moebius en Syd Mead aangetrokken om de stijl van de prent mee te bepalen. De meeste recensies waren positief en ook Disney scheurde er de broek niet aan: de film kostte zo’n 17 miljoen dollar om te maken en bracht aan de Amerikaanse kassa’s 33 miljoen op. Maar een echte blockbuster werd het dus geenszins. Waardoor deze revolutionaire prent afgleed naar de status van cultsucces, en ook Pixar-bolleboos John Lasseter vermeldt graag dat Tron de inspiratie was voor zijn volledig met de computer gemaakte animatiefilms. Zonder Tron geen Buzz Lightyear met andere woorden.
Dat Disney in volle remake/reboot-tijden teruggrijpt naar hun speeltje van weleer, hoeft niet te verwonderen. Het cultsucces van Tron doet waarschijnlijk een belletje rinkelen bij de huidige generatie dertigers en veertigers, waardoor die een voorsprong hebben op het huidig tienergespuis dat zijn voeten op de rugleuning van de bioszitjes gooit en waarschijnlijk geen affiniteit heeft met het origineel. En misschien zelfs in venijnig jakhalsgelach uitbarst als ze op YouTube of god weet waar de vintage 'lightcycle'-effecten ontdekken. Opvallend is dat de Disneystudio’s de ballen hebben om van Tron Legacy een sequel te maken (en geen remake), zodat degenen die de eerste Tron niet zagen waarschijnlijk drie en een halve kilo nacho’s moeten achterover slaan vooraleer ze ongeveer weten hoe de verhaalvork aan de steel zit.
Nochtans is de broncode relatief eenvoudig: softwareprogrammeur Kevin Flynn (Jeff Bridges) hackte in de originele film in de mainframe van ENCOM om aan te tonen dat grote baas Dillinger Flynns code had gestolen. Per toeval (iets met een laser en wat technische mumbo jumbo) werd Flynn gedigitaliseerd zodat hij als het ware deel werd van de mainframe en daar moest strijden tegen de door Dillinger gestuurde chips. In 1989 (Tron Legacy begint met een korte intro in dat jaar) verdwijnt Flynn (die inmiddels CEO is van ENCOM) tijdens zijn zoektocht naar ‘een digitale grens die de menselijke conditie kan hervormen’. Blijkt dat hij opnieuw vastzit in de grid van ENCOM, alleen kan hij er ditmaal niet uit daar hij gegijzeld wordt door zijn digitale evenbeeld Clu, die zelf de sprong van de grid naar de buitenwereld wil maken. Flynns zoon Sam (Garrett Hedlund) duikt twintig jaar na de verdwijning van zijn vader ook de spelletjeswereld binnen, vastbesloten om hem uit zijn benarde positie te bevrijden. Of zoiets … de synopsis past misschien nog net zonder scrollen op het scherm van een iPhone, de scenaristen verliezen gaandeweg de helderheidspedalen. Het verhaal ontvouwt zich als een bochtig en hoogdravend epos met Lord of the Rings-allures boordevol 'yeah right' computerlingo dat voor niet-nerds is wat Latijn is voor de gemiddelde pijnboomontpitter. Kortom: wie de verhaaldraad niet vat of halverwege geen zin meer heeft om het allemaal te volgen zal dit waarschijnlijk geen erg goede film vinden.
Een analysevlieger die niet opgaat voor wie genoeg heeft aan de visuele omkadering om blijgezind de bioszit te verlaten. Visueel is Tron: Legacy immers een traktaat van jewelste: over het design van de digitale wereld kan je meer dan een architecturaal proefschrift schrijven, de kostuums zijn übercool en de speciale effecten behoren tot het neusje van de zalm. Al is de niet volledig overtuigende digitale versie van Flynn/Clu waarschijnlijk wel voor interpretatie en discussie vatbaar. Ook top: de opzwepende score van Daft Punk die alles passend ondersteunt en bij meer dan een gelegenheid zelfs stuurt. Het verschil met de originele Tron is trouwens niet mis: ditmaal bedroeg het budget 170 miljoen dollar, en wereldwijd schuift de kassa kassa-teller naar de 350 miljoen. Andere tijden, inderdaad.
Veel goede punten dus voor “Tron Legacy”, maar in de kritische ogen van het altijd waakzame Filmfreak-combo weegt het nodeloos gecompliceerde en niet altijd even boeiende scenario jammer genoeg teveel door om de gegeerde drie sterren achter de titel te kleven.
17-12-2010 | Plaats 1 | $ 44.026.211 |
24-12-2010 | Plaats 3 | $ 19.151.498 |
31-12-2010 | Plaats 3 | $ 18.756.973 |
07-01-2011 | Plaats 4 | $ 10.090.002 |
14-01-2011 | Plaats 7 | $ 5.679.858 |
21-01-2011 | Plaats 10 | $ 3.647.121 |