Laos, 1972. Vince Deacon,, bijgenaamd de killermachine, voert een raid uit op een kamp van de Pathet Lao. Tot zijn ontzetting vindt hij daar één van zijn mannen die in het vijandig kamp vecht aan de kant van de vijand. Slater meenemen om hem voor de krijgsraad te slepen lijkt hem een al te zachte straf voor een dergelijk verraad. Daarom levert Deacon Slater uit aan de Vietnamezen om de lafaard te veroordelen naar hun eigen recht.
12 jaar later. Vince Deacon is nu chef van de Los Angeles politie-stoottroep die zich zowel met terrorisme bezighoudt als met punks, dealers en straatbendes. Maar Deacon is vaak ongeduldig wegens de administratieve rompslomp waar hij dag in dag uit rekening mee moet houden. Zijn agressieve houding noopt hem tot het stellen van zijn eigen wetten zodat hij op de duur ontslagen wordt uit zijn functie. Dit ontslag brengt hem niettemin nader tot zijn vrouw en kinderen die hij de laatste tijd wat verwaarloosd had. Zijn leven is nu rimpelloos. Maar deze levensvreugde wordt wreed afgebroken. De zondagse picnic wordt in enkele seconden een afgrijselijke nachtmerrie voor Vince Deacon wanneer zijn vrouw en kinderen voor zijn ogen gedood worden door een ontfploffende bom. Nu is hij een doelwit geworden. Zijn gezin is dood. In een verschrikkelijke ontmoeting zal de wraak uitlopen in geweld. Wanneer Deacon er achter komt dat zijn tegenstander niemand minder is dan Slater, ontstaat er tussen beide professionals een gevecht op leven en dood. In de jungle van Laos was de ene een verrader, de andere een held. In de straten van Los Angeles kan er maar één overleven. De straten zijn het front geworden, de heuvels vuurhaarden, de oorlog weer volop aan de gang. Er is een leger nodig om er een einde aan te maken. En dat is zijn laatste opdracht.