The Tragedy of Macbeth
verdeler
acteur/actrice (11)
regisseur (1)
director of photography (1)
scenarist (1)
beeldmonteur (2)
productieontwerper (1)
kostuumontwerper (1)
componist (1)
Ethan en/of Joel Coen zijn cineasten waarvan je denkt dat die twee/een ook een telefoonboek boeiend kunnen/kan verfilmen. Vraag is welk telefoonboek, want er zijn er zoveel - het ene al spannender dan het andere. Joel Coen liet de strijd tussen de zonenummers voor wat ze waren en stortte zich op een ander omvangrijk oeuvre dat hij ook boeiend kan verfilmen: dat van Shakespearetoneelstukken. Vraag is welk stuk, want er zijn er zoveel - het ene al tragischer dan het andere.
De keuze viel op MacBeth, het kortste drama van de bard en voor het eerst opgevoerd in 1606. Een bonafide klassieker dus, inmiddels talloze keren geadapteerd in welke beschikbare kunstvorm dan ook. Filmisch gingen dusver onder meer Orson Welles, Akira Kurosawa en Roman Polanski met het stuk aan de haal en Coen nestelt zich in die rij met een versie die teruggrijpt naar Shakespeares originele tekst en die volledig in studiodecors is gefilmd. In zwart-wit, zodat het allemaal extra knapperig kunstzinnig is.
Voor wie de plot niet kent of hem net even vergeten is: de MacBeth waarvan sprake is een Schotse krijgsheer die na een bloederige veldslag van een trio heksen te horen krijgt dat hij de volgende koning van Schotland zal worden. Om de profetie een handje te helpen en om niet te moeten wachten op het schrijden der tijd besluit MacBeth - onder lichte dwang van zijn echtgenote - om de huidige koning een kopje kleiner te maken. Eens hij op de troon zit groeit hij uit tot een machtshongerige tiran die niemand meer vertrouwt en steeds meer slachtoffers maakt om toch maar aan de macht te kunnen blijven. En dat zal uiteindelijk toch naar zijn ondergang leiden.
Coen doet visueel mooie en interessante dingen met Shakespeares erfgoed: director of photography Bruno Delbonnel en production designer Stefan Dechant transformeren MacBeths burcht in een surreële brok geometrische architectuur waarin meer dan een knipoog naar het Duits expressionisme de kop opsteekt. En statisch is de beeldvoering ook niet, met een steeds op vinkenslag liggend kraaienperspectief en subtiele tinten wit, zwart en grijs die van elk tableau een kunstwerkje op zich maken. Het oog wil ook wat, en krijgt dan ook wat. Het oor wil ook wat, maar krijgt teveel: wie niet vertrouwd is met het stuk van de bard loopt hier waarschijnlijk meermaals verloren in het narratieve labyrint waar voor elke is that a dagger I see before me - bekend uit Dead Poets Society - een let fall thy blade on vulnerable crests en what hath quenched them hath given me fire langskomt.
Maar dat is de aard van het beestje natuurlijk, voortvloeiend uit de keuze van iedere cineast die ervoor kiest om de originele woorden zo veel als mogelijk te respecteren. Een keuze die van deze Schot In The Dark een aandacht opslorpende symbiose maakt tussen cinema en theater, en die er tegelijkertijd voor zorgt dat het resultaat waarschijnlijk pas echt volledig zal resoneren bij wie op zijn minst een dubbelelpee met daarop The Bard’s Greatest Abridged Hits in huis heeft.