Katina Paxinou studeerde dramaturgie aan het Conservatorium van Genève en kreeg er de ‘Gouden Medaille’, de grote/de grootste onderscheiding zeg maar.  Aanvankelijk werd ze operazangeres.

In 1929 sloot ze zich aan bij Marika Cotopouli’s toneelgezelschap, hierna werkte ze in het  Grieks Nationaal Theater waardoor ze ook in het buitenland kon optreden, in Londen bijvoorbeeld op het ogenblik dat de Tweede Wereldoorlog uitbrak.

Een terugkeer naar Griekenland was op dat ogenblik niet mogelijk dus trok Paxinou naar Amerika.  Ze maakte haar Broadway-debuut in het stuk ‘Hedda Gabler’ in 1942 wat haar na enkele optredens al een contract opleverde bij Paramount.

Haar langspeelfilmdebuut maakte ze in “For Whom The Bells Toll” maar Katina Paxinou was ook te zien in nog andere Hollywood-films.

In 1946 maakte ze in Engeland “Uncle Silas”, tien jaar later keerde ze met haar man Alexis Minotis (1900-1990) terug naar Athene waar ze niet alleen het Koninklijk Theater oprichtte maar ook aan het hoofd stond van de instelling die op dat vlak in haar soort één van de grootste en belangrijkste was in Europa.  Op die manier werd geprobeerd om de oude Griekse tragedies terug nieuw leven in te blazen en onder de aandacht te brengen.

Sporadisch is Paxinou ook te zien geweest in Europese films.