Where The Truth Lies
verdeler
acteur/actrice (6)
regisseur (1)
producent (1)
If you like Pina Coladas, and getting caught in the rain?, wie heeft de melodie van de klassieke Pina Colada song van Rupert Holmes nooit meegeneuried of -gezongen ? En wat heeft dit lied uit de jaren zeventig in godsnaam met deze film te maken ? Niet echt veel, behalve het feit dat zanger/ componist Rupert Holmes ook de roman schreef waarop deze film is gebaseerd. Where The Truth Lies is een moordmysterie dat zich afspeelt in de wereld van variéte en stand up komieken met meer dan één knipoog naar de carrière van Jerry Lewis en Dean Martin. Het klinkt allemaal interessant, en dat is het tot op zekere hoogte ook, maar helaas is de Canadese regisseur Atom Egoyan niet de juiste man op de juiste plaats om dit sleaze-festijn in goede banen te leiden. Egoyan is op zén best als hij in zijn eigen doolhofuniversum mag ronddwalen, en fans van parels als Exotica en The Sweet Hereafter komen met deze film ongetwijfeld van een koude kermis thuis. 1957. Lanny Morris (Kevin Bacon) en Vince Collins (Colin Firth die met deze film het Mr. Darcy-hoofdstuk resoluut dichtklapt) zijn twee komieken die de US rondreizen met hun show. Achter de schermen zijn ze echter niet de menslievende goedzakken die het publiek percipieert : ze genieten met volle teugen van de 'verboden vruchten' die het succes hen in de schoot werpt, met sex en drugs voorop. Hun laatste wapenfeit is een benefietmarathon : een dag later besluit het duo er mee te stoppen, en niemand heeft ooit kunnen ophelderen waarom. Vijftien jaar later probeert journaliste Karen O'Connor (Alison Lohman) die waarheid te achterhalen door Lanny en Vince te interviewen voor een boek dat ze over het duo wil schrijven. Een missie die niet van een leien dakje loopt, zeker niet als ze op haar beurt het slachtoffer dreigt te worden van de perverse duivel die vijftien jaar later nog steeds even gevaarlijk blijkt?
De flashback-structuur waar Egoyan zich van bedient is niet altijd even helder, en soms zelfs storend. Het heen en weer springen tussen verschillende tijdsvlakken is een beproefd recept voor detectivemysteries, maar hier loopt die structuur de continuïteit van het verhaal flink voor de voeten. Bovendien is de uiteindelijk revelatie op het einde alles behalve sensationeel. Doorwinterde kijkers hebben vast al vroeger door wat er aan de hand is en de zware dramatiek die Egoyan aan het einde lanceert schiet volledig zijn doel voorbij. Gelukkig kan Egoyan rekenen op een gevarieerde cast : Bacon is min of meer getypecast, Firth is een verrassende keuze als pervert met een duister verle-den en een dubbele bodem. Lohman ziet er nagenoeg perfect uit als vrijgevochten journaliste, maar ze acteert niet altijd even sterk en valt soms wat uit de toon. In Amerika kreeg “Where The Truth Lies” problemen met de filmkeuring. Die vonden dat de naaktscènes niet door de beugel konden (blijkbaar waren er niet genoeg vuurwapens te zien tijdens de orgiescènes) en kleefden het NC-17 label aan de prent, zowat de commerciële doodsteek, daar heel wat bioscopen weigeren om NC-17 films te programmeren. De bizarste scène is alvast die waarin Lohman zich even lesbienne waant op de tonen van “White Rabbit”, ook zowat de enige scène die de toon van de nachtclubscènes van “Exotica” benadert.
“Where The Truth Lies” is zeker geen volledig mislukte film, maar rekening houdend met wat Egoyan in het verleden presteerde, is dit wel een bevreemdende teleurstelling.