Welp
verdeler
acteur/actrice (5)
regisseur (1)
producent (1)
De volgende oelewapper die “Welp” nog eens omschrijft als 'de eerste Vlaamse horrorfilm' krijgt een potlood in de neus geramd. Niet alleen zijn er heel wat Vlaamse culttitels verkrijgbaar op dvd, ook in de bioscopen draaiden er in het verleden pure en onversneden horrortitels, met het uit 1982 stammende “De Potloodmoorden” van Guy Lee Thys als bekendste voorbeeld. Of voor wie wat jonger is, met Jan Verheyens “Alias” als bekendste titel. Zelfs “Welp” de eerste Vlaamse slasherfilm noemen lukt niet. Wat misschien wel lukt is het langspeeldebuut van Jonas Govaerts de eerste echte Vlaamse fanboyhorrorfilm noemen. De liefde die Govaerts koestert voor het B-griezelgenre druipt immers van de eerste tot de laatste seconde van het scherm af (zelfs de naam van de hond is een inside joke), wat van “Welp” sowieso een viersterreneerbetoon maakt aan tal van (Amerikaanse) slashervoorbeelden. Waarvoor hulde.
Een groep Antwerpse scouts gaat op kamp naar Wallonië. Avontuur verzekerd, volgens de leiders Kris (Titus De Voogdt) en Peter (Stef Aerts). Ook Peters lief Jasmijn (Evelien Bosmans) vervoegt de troepen voor wat een weekje onversneden bosfun moet worden. De kink in de kabel wordt vrij snel zichtbaar: een stel plaatselijke nozems hebben het voorziene kampterrein ingepalmd en om ambras te vermijden besluiten Chris en Peter dan maar om pal in het bos te gaan kamperen. Beter niet doen, zegt de plaatselijke gendarme nog, want maar weinigen willen zich daar wanen nadat de plaatselijke tabaksfabriek de poorten moest sluiten. Toegegeven, niet meteen de meest angstaanjagende waarschuwing ooit, waarschijnlijk de reden dat Chris en Peter gewoon besluiten in het bos te blijven. De jonge Sam (sterk debuut van Maurice Luijten) is de nieuwkomer van de groep en is niet bij iedereen graag gezien: Peter noemt hem zelfs onomwonden autist en psychopaat en het is duidelijk dat hij de jongen liever kwijt is dan rijk. Wanneer er dingen worden gestolen uit het kamp, is Sam in zijn ogen de hoofdverdachte, maar getuigen en bewijzen zijn er niet. Sam beweert dat Kai – een weerwolfjongen die in het bos zou schuilen – de dader is, maar niemand hecht daar geloof aan. Waarop Sam zelf op onderzoek uitgaat, en meer ontdekt over het bos dan hem lief is …
Wat een beetje ironisch is voor een horrorfilm, is dat “Welp” puur als film beter scoort in het eerste deel. Tijdens de set-up waarin zelfs nog geen sprake is van horror - behalve dan als participatie bij de kijker omdat je vooraf weet dat je naar een griezelfilm zit te kijken - valt er het meeste plezier te beleven: de bosrijke setting, de introductie van de personages, de sappige Vlaamse tongval – het is toch eens wat anders dan shit, dude … kortom, het hinten naar wat komen gaat zit allemaal snor. Wat er uiteindelijk komt, is helaas minder sterk uitgewerkt. Dat “Welp” het met een beperkt budget moest doen, is uiteraard waar. Zelfs de meest idiote Amerikaanse B-slasher heeft waarschijnlijk een groter budget, dus daar schort het niet. Integendeel, wat Govaerts doet met zijn beperkte middelen is zelfs knap.
Het loopt echter vooral spaak in het plotmechanisme: Govaerts had beter zijn geld gezet op een meer uitgewerkte relatie tussen Sam en de mysterieuze Kai dan te kiezen voor een kleurloze volwassen slechterik. Die loopt er grotendeels voor spek en bonen bij, en door van de eigenlijke moordenaar een leeftijdsgenoot te maken van Sam was er veel meer verrassing en mysterie mogelijk geweest in de verhaal- en karakteruitwerking. Door alles op het eind open en bloot uit te tekenen – en tegelijk niets uit te leggen - verliest “Welp” teveel van zijn potentieel om echt te charmeren. Niets mis met mooi kopiëren, maar een eigen stem vinden is uiteindelijk nog altijd een stuk beter. En die eigenheid gaat tijdens de (aanloop naar de) climax net iets teveel verloren.
Niettemin: als fanboyhommage blijft dit mooi geconstrueerd, met een extra pluim voor de klanken die Kai voortbrengt en die zowaar een beetje aan die van de predator doen denken. Ook nog dit: een debat of een slasherfilm al dan niet kinderen toegelaten moet zijn, is van de pot gerukt. Een film waarin ogen worden doorboord of kelen worden overgesneden standaard als KT quoteren is compleet idioot en argumenten als 'ze zien het toch wel via het internet en de videotheek … pardon, video on demand' houden geen steek. Kinderen die toch binnenglippen of vrolijk binnenwandelen hebben alvast een reden om bleitend thuis te komen en te zeggen dat ze nooit (nog) naar de scouts willen. Is het niet door de verschrikkingen in het bos, dan toch zeker door de karrewiette manier waarop een deel van de kampleiding wordt voorgesteld. Stef Aerts die er mee dreigt om de nek van Sam te breken of hem keihard met zijn voorhoofd tegen een boom mept … stichtende scoutsreclame is het niet. Wat eigenlijk best ok is, daar het net die stompe hoeken zijn die “Welp” alsnog meerwaarde bezorgen.