The Two Faces of January

Middelmatig
The Two Faces of January
2014
18/06/2014
langspeelfilm
96 minuten
thriller

verdeler

Belga Films Belga Films

acteur/actrice (15)

Viggo Mortensen Viggo Mortensen →  Chester
Kirsten Dunst Kirsten Dunst →  Collette
Oscar Isaac Oscar Isaac →  Rydal
Daisy Bevan →  Lauren
David Warshofsky →  Paul Vittorio
Pat Hillard →  Amerikaanse Hotelgast
Ozantas →  Hotelreceptionist
Peter Mair →  Ouder koppel in Grand Hotel
Helena Jinx Jones →  Ouder koppel in Grand Hotel
Omiros Poulakis →  Niko
Babis Chatzidakis
Georgette Tzopganidis
Ioannis Vordos
Panagiota Stavrakaki
Stela Fyrogeni

regisseur (1)

Hossein Amini
The Two Faces of January

Vergeet het snorren van soundclouds, instagrammen, candy crush saga’s en buikdansapps: wie naar “The Two Faces Of January” gaat kijken is meer gebaat bij het geluid en geratel van zo’n gezellig ouderwetse typemachine (inclusief tzing op het einde van elke regel). Geen grammetje moderniteit zit er in deze gezapige thriller, die zich begin jaren zestig afspeelt in een zonovergoten Griekenland.

De basis is een in 1964 verschenen roman van genrespecialiste Patricia Highsmith (schrijfster van “Strangers On A Train” en de “Talented Mr. Ripley”-reeks). Scenarist Hossein Amini (“Jude”, “The Four Feathers”, “Drive”, “47 Ronin”) was naar eigen zeggen ruim vijftien jaar in de weer om het boek te verfilmen vooraleer hij de kans kreeg om er als regisseur mee te debuteren. Het project werd aanvankelijk zelfs opgestart onder de auspiciën van de inmiddels allebei overleden Anthony Minghella en Sydney Pollack, die in 1999 de geprezen Highsmith-adaptatie “The Talented Mr. Ripley” op poten hadden gezet. Amini blijft in zijn bewerking trouw aan de toon en stijl van Highsmith, en dat levert in de eerste plaats een boeiend verhaal op.

The Two Faces of January

Athene, 1962. De mondaine Amerikaan Chester MacFarland (een heel veel dreiging uitstralende Viggo Mortensen) is met zijn jongere echtgenote Colette Kirsten Dunst in Hitchcockblonde modus) op vakantie in Europa. Tijdens hun stop in Kreta worden ze opgemerkt door landgenoot Rydal (Oscar Isaac, niet langer in Llewyn Davis-plunje). Die verdient de kost als reisgids bij het Parthenon en andere toeristische trekpleisters, al deinst hij er daarnaast niet voor terug om links en rechts goedgelovige toeristen een paar drachmes en dollars lichter te maken. Wanneer Colette aan Rydal vraagt waarom hij hen in de gaten houdt, antwoordt hij dat Chester hem aan zijn pas overleden vader doet denken. Van het een komt het ander en Chester, Colette en Rydal blijven aan elkaar klitten als zweet aan een oksel. Dat Rydal een oogje heeft op Colette ontgaat Chester niet, maar initieel heeft hij andere katten te geselen. Zoals de confrontatie die hij moet aangaan met een privédetective die hem op de hielen zit wegens onkoosjere financiële transacties die Chester nogal wat vijanden opleverden. Tijdens een schermutseling komt de privédetective om het leven, en op slag kunnen de paspoortloze Chester en Colette het land niet meer uit. Rydal wil hen wel helpen met een veilige oversteek via Kreta, al heeft zijn hulp uiteraard een prijs. Vraag is wie uiteindelijk het finale gelag moet betalen wanneer zowel Chester als Rydal niet zuiver op de graat blijken te zijn.

The Two Faces of January

“The Two Faces Of January” (de titel is een verwijzing naar de Romeinse God Janus die met zijn twee hoofden tegelijkertijd naar het verleden en de toekomst kon kijken) is een gezonde spanning uitademende thriller die tijdens het eerste uur netjes overeind blijft en waar voor het geld levert. In het laatste halfuur slaat de loomheid echter toe en bovendien bevat de finale te weinig vuur om echt te bekoren. Jammer, want zowel de zweterige vista’s als de gestileerde look (gleufhoeden inclusief) van de hoofdpersonages hadden op het eerste zicht alle troeven in huis om tot aan het gaatje te bekoren.

Ook het locatiewerk in Athene, Kreta en Istanbul zorgt voor een sterke dosis teletijdmachinegekleurd realisme. Aanvullende opnames vonden trouwens plaats in de befaamde Ealingstudio’s in Londen (ja, die bestaan nog), waar Amini onder meer de interieurscènes in het hotel en de ondergrondse scènes bij Knossos ensceneerde. Allemaal goede punten waard, maar door voor het zingen de kerk uit te sluipen, grijpt Amini net naast de derde ster. Spijtig van het makke einde dus, anders was dit een nog mooiere ode geweest aan de fabelachtige cinema van eergisteren. Tzing.

Alex De Rouck