Le Ciel Flamand
verdeler
acteur/actrice (6)
regisseur (1)
director of photography (1)
beeldmonteur (1)
In 2012 liet Peter Monsaert een frisse wind door het Vlaamse langspeelfilmlandschap waaien met “Offline”. Een potent drama over een ex-gevangene (memorabel vertolkt door Wim Willaert) die na zijn vrijlating opnieuw in de maatschappij wil integreren en daarbij op een heel bizarre manier terug contact legt met zijn tienerdochter. Het aspect van gebroken familiebanden is eveneens sterk aanwezig in de opvolger “Le Ciel Flamand”. Toch is dit in thrillerkrijtlijnen ademend drama meer dan zomaar een herwerking van het thema. Eerder een uitbreiding of variatie die hetzelfde DNA deelt. Niet in het minst omdat Willaert ook in “Le Ciel Flamand” een opmerkelijk personage neerzet.
Naast de titel van de film is “Le Ciel Flamand” ook de naam van een dicht bij de Franse grens gelegen West-Vlaamse nachtclub/ontuchtnegorij. Als een familiebedrijf gerund door Monique (Ingrid De Vos) en haar dochter Sylvie (Sara Vertongen). Dat het een harde wereld is, staat buiten kijf. Meer nog zo omdat Sylvie als alleenstaande moeder moet instaan voor de opvoeding van de zesjarige Eline (Esra Vandenbussche, in het echte leven ook Vertongens dochter).
Vergelijkingen met de Dardennes, Michael Haneke en Ulrich Seidl liggen op de loer, maar Monsaert trapt zelden in die spiegelbeeldval. Als hij al ergens schatplichtig aan lijkt, is het eerder aan donkere Scandinavische crimi’s, ook al omdat zijn film zich op het plattedorpsland situeert en niet in een grootstad. Met als resultaat een duistere biotoop waarin de personages rond heel wat wolfsijzers moeten zien te navigeren. De lont van de plot: Eline die op een kwade dag door een klant van Le Ciel Flamand seksueel wordt misbruikt. Het begin van een zoektocht naar redemptie, vergelding, hoop en een zuiver geweten.
“Le Ciel Flamand” kruipt traag onder de huid, en werkt als mensenverhaal en als thriller. Monsaert kon het thrilleraspect gemakkelijk achterwege hebben gelaten, om zich volledig te concentreren op de menselijke repercussies van de misdaad. Door van de speurtocht naar de dader een integraal deel van de plot te maken, krijg je echter een dubbele spanningsboog. En die werkt perfect als beide lussen samenvallen, zoals in de scène waarin Sylvie gestrikt wordt door een klant die wel of niet de aanrander van Eline kan zijn. Af en toe lijkt Monsaerts plot wat bij de haren getrokken. Eline wordt wel heel gemakkelijk teruggevonden na de aanranding, had dan echt niemand de op de loer liggende snoodaard gezien die namiddag, en de (potentiële) dader komt uiteindelijk heel toevallig in het vizier. Dus neen, helemaal waterdicht is de thrillerstructuur niet. Het feit dat dit niet zo erg veel stoort, toont de sterkte van Monsaerts leefwereld aan. Bovendien wil de cineast niet alles duidelijk aflijnen en uittekenen: sommige vragen krijgen bewust geen antwoord of zijn op verschillende manieren te interpreteren.
Toeval of niet, maar eens het ‘wie heeft het gedaan’-deel van de plot niet meer zo relevant lijkt en er in het laatste kwartier naar een emotionele catharsis wordt toegewerkt, boet “Le Ciel Flamand” wat aan kracht in. Zij het niet veel. Wat dan ook weer komt door de sterke vertolkingen – Sara Vertongen op kop – die ervoor zorgen dat de centrale karakters personages van vlees en bloed zijn en blijven, en nooit zomaar inwisselbare pionnen op het speelveld worden.
Gezien op het Filmfestival van Gent.