The Last House on the Left


verdeler

acteur/actrice (8)



regisseur (1)
producent (3)


Tijden veranderen. The Last House on the Left was destijds een niet al te koosjere video nasty die nu ongecontroleerd te geef en te grabbel ligt in de dvd-uitverkoopbakken. En waar dat origineel in de eerste plaats undergroundcinema was die zijn publiek zocht en vond in groezelige achterbuurtbioscopen, draait de onwelriekende remake nu probleemloos in de multiplexen, en hangen de stills netjes naast die van kindvriendelijk voer à la Piet Piraat en Fast & Furious. Op zich is die evolutie niet echt een verrassing, daar de meeste ‘torture porn’ films ‘bloed en spelen’-gewijs vlotjes een publiek vinden en uit de kosten geraken.
Cravens origineel (zelf ook geript van Ingmar Bergmans Jungfrukällan of The Virgin Spring) mocht zichzelf dan wel profileren als doordachte aanklacht tegen geweld, het was en is over de hele lijn hypocriete exploitatie. Vier misdadigers misbruiken en vermoorden twee meisjes en stranden daarna met autopech heel toevallig bij de ouders van een van de meisjes. Wanneer die ontdekken wat er met hun dochter is gebeurd, nemen ze op een gruwelijke manier het recht in eigen handen. Craven bediende zich destijds van geijkte genre-ingrediënten om het publiek te plezieren (kettingzaag inclusief), en de film was vooral moeilijk te verteren door de harde verkrachtingsscène en de beestachtige attitude van de vier moordenaars. De film als een aanrader beschouwen is vier bruggen en vijf viaducten te ver, maar door de rauwheid was of is het toch minstens een eenmalige must see voor iedereen met bezieling voor het genre. Wat van de remake niet kan gezegd worden. Regisseur Dennis Illiadis zoekt zichtbaar naar de juiste toon, en gaat niet zo ver als in het origineel, waardoor het resultaat er eigenlijk verwerpelijker door wordt dan het origineel. Het verhaal blijft hard te slikken voor de niet horrorfilmgeïnitieerde, maar omdat Illiadis de sadistische scènes afroomt met commerciële toegevingen en foute beslissingen gaat deze nieuwe versie zwaar uit de bocht.

Het begint al tijdens de openingsscène waarin oppercrimineel Krug (Garret Dillahunt, die in het tweede seizoen van Deadwood ook al een geflipte psychopaat neerzette en die ook een vaste rol heeft in de Terminatorspinoff The Sarah Connor Chronicles) wordt bevrijd door zijn partners in crime. De manier waarop de begeleidende agenten worden gedood is meer auw dan shock: het geweld ligt er zo dik op dat het al meteen lachwekkend wordt in plaats van gruwelijk. Om nog maar te zwijgen over het feit dat de begeleiders van een staatsgevaarlijke crimineel elkaar vermaken door het vertellen van vunzige grappen. Het geweld is belachelijk gratuit: als er iemand neergeschoten wordt, gebeurt dat niet zomaar maar moet de kogel toch minstens een oog doorboren. Het lijkt The Passion of the Collingwoods wel. De familie Collingwood is natuurlijk de perfecte ‘all-American family’: vader (Tony Goldwyn) en moeder (Monica Potter) gaan voor elkaar door het vuur, en op dochter Mari (Sara Paxton) valt ook maar weinig aan te merken. Toch dragen ze een kruis mee, want een jaar eerder kwam de zoon des huizes om het leven. Met dat gegeven wordt voor de rest wel niets gedaan in de film, dus kon het evengoed uit het scenario worden geflikkerd. De reden dat dit niet gebeurt, past in de pogingen van de makers om de film een ‘hoopvolle’ ondertoon mee te geven. Alsof het lot van de Collingwoods erger wordt omdat ze eerder al een kind verloren, en omdat hun strijd voor het behoud van hun tweede kind zo meer resonantie krijgt. Scenariokronkels die passen in melodramatische tv-films van de week integreren in een horrorfilm werkt als een potsierlijke tang op een varken.
En het wordt nog erger: om te vermijden dat het huidig publiek volledig gedegouteerd uit de zaal spurt (wat ironisch genoeg misschien wel de enige rechtmatige reactie is bij filmpjes als dit) proberen de makers met de aanzet tot een happy end zowel het grote publiek als de in-crowd te plezieren. Of toch weer niet: net wanneer je verwacht de eindgeneriek over het scherm te zien scrollen, komt Illiadis op de proppen met een totaal niets ter zake doende ‘eindgrap’ die de film opnieuw voor de volle honderd procent in Death Wish-territorium plaatst. Een scène die op het BIFF ongetwijfeld voor enthousiast gejoel zorgde, maar die vooral de besluiteloosheid van de makers van de prent illustreert.

Ook fout (neen, we gaan niet dieper in op de om vreemde redenen ontzettend duister in beeld gebrachte climax) en eigenlijk zelfs de ergste uitschuivers in de prent zijn de scènes waarin de camera in het eerste deel van de prent voyeuristisch inzoomt op Mari. Close-ups op het lichaam van een jong meisje die na het zwemmen haar kleren terug aantrekt luttele momenten vooraleer ze gruwelijk wordt misbruikt zijn meer dan dubieus. En hier verdient ook Wes Craven (die deze film mee produceerde) een dikke onvoldoende. Vooral hij zou beter moeten weten: ‘torture porn’ moet ofwel gaan voor de ‘fun’ of voor de ‘shock’, maar een hybride die van beide wallen wil meesnoepen is op voorhand gedoemd om te mislukken.
Waar de bekroning met een Zilveren Raaf voor Beste regie op het BIFF vandaan komt, is alvast een van de grote mysteries des levens. The Last House on the Left is saaie en bij wijlen zelfs rotvervelende cinema die niks nieuws toevoegt aan het origineel of aan het genre. The Last Braincell on the Left was een betere titel geweest.
13-03-2009 | Plaats 3 | $ 14.118.685 |
20-03-2009 | Plaats 6 | $ 5.776.160 |
27-03-2009 | Plaats 10 | $ 2.644.295 |