Flying Home

Gewoon
Flying Home
2014
02/04/2014
langspeelfilm
95 minuten
speelfilm

verdeler

K.F.D. K.F.D.

acteur/actrice (15)

Gène Bervoets Gène Bervoets → caféganger
Josse De Pauw Josse De Pauw → priester
Viviane De Muynck Viviane De Muynck → Martha
Jan Decleir Jan Decleir → Jos Pauwels
Jamie Dornan → Colin Montgomery
Sharon Maughan → moeder Colin
Charlotte De Bruyne → Isabelle Pauwels
Ali Suliman → sjeik Abdullah Nayed
Anthony Head → vader Colin
Max Perkis
Numan Acar
Mitchell Mullen
Omar Bin Haider
Piet Fuchs
Eline Van Der Velden

regisseur (1)

Dominique Deruddere Dominique Deruddere
Flying Home

Af en toe moet het kunnen: een lieve, vriendelijke en gebreken onder de mat vegende recensie voor een film die zich in een meer vitrioolgeënte bui nog het gemakkelijkst als 'kouwe kak' laat omschrijven. Een koud verdict dat achter slot en grendel blijft daar Dominique Deruddere in zijn eerste film na het inmiddels alweer zeven jaar uitgetelde “Firmin” wel heel nadrukkelijk hengelt naar een warme knuffel. Vandaar ... whopla, de mantel der liefde - gedeeltelijk - gedrapeerd rond dit weinig diepgang vertonend romantisch filmpje dat vooral scoort door het vakmanschap van nationale klasbakken als Jan Decleir en Josse De Pauw. En door een flinke dosis Vlaams-Engels, altijd charmant.

Sympathie voor Deruddere mag trouwens wel. In 1987 stuwde hij de Vlaamse cinema naar een internationaal niveau met de Bukowski-verfilming “Crazy Love” en twee jaar later mocht hij onder auspiciën van Francis Ford Coppola Joe Mantegna, Faye Dunaway en Ornella Muti regisseren in “Wait Until Spring, Bandini. Na een uitstapje naar Nederland voor “Suite 16” en een terugkeer naar Vlaanderen met het compleet onder de radar gebleven “Hombres Complicados” schoot hij in het millenniumjaar in de roos met “Iedereen Beroemd”, een prent die zowaar genomineerd werd voor de Oscar voor de Beste Niet-Engelstalige film. Winnen zat er echter niet in, in een jaar dat werd gedomineerd door Ang Lees “Crouching Tiger, Hidden Dragon”.

Flying Home

Deruddere bleef zich daarna outen als internationaal ogende regisseur (“Pour Le Plaisir” draaide hij in Frankrijk, “Die Bluthochzeit” in Duitsland) om daarna Vlaamser dan Vlaams Chris van den Durpel en een fitnessende hamster te regisseren in “Firmin”. Inmiddels woont Deruddere samen met zijn gezin in Los Angeles. Het project dat hij voor ogen had stierf er een stille dood in de preproductiefase, en na enkele jaren windstilte laat hij van zich horen met “Flying Home”, waarbij hij voor een stuk terugkeert naar België. En daarbij valt vooral de golf melancholie op naar een stuk Vlaanderen zoals dat steeds minder te vinden is.

Centraal in “Flying Home” staat een ambitieuze Amerikaanse hedgefundhotshot (Jamie Dornan, vorig jaar seriemoordenaar in “The Fall”, volgend jaar billenkletser in “Fifty Shades Of Grey”) die om een Arabische sjeik annex potentiële klant te paaien naar een ruraal lapje Vlaanderen reist om daar de prijsduif van Jan Decleir op de kop te tikken. De sjeik probeerde dat zelf ook al, maar Decleir wou niet verkopen omdat de duif voor hem een grote emotionele waarde heeft. Geen probleem volgens Dornan die de stoute Amerikaanse schoenen aantrekt en vast van plan is om Decleir te overtuigen om zijn duif te verkopen. Dornan logeert bij de plaatselijke pastoor (Josse De Pauw) en laat uitschijnen dat hij naar België is gekomen om het graf te zoeken van zijn overgrootvader die om het leven kwam tijdens de eerste wereldoorlog. Hij maakt eveneens kennis met Charlotte De Bruyne (“Little Black Spiders”), de kleindochter van Decleir, en tussen de twee groeit, onder de kerktoren en de tentnok waar zowaar nog gekuskesdanst wordt, iets moois. Iets dat Dornan niet te lang wil laten bloeien: hij moet en zal de duif van Decleir kopen, is het niet goedschiks, dan kwaadschiks. Al hoeft het uiteraard niet te verwonderen dat Dornan uiteindelijk toch zal kiezen tussen carrière en liefde.

Flying Home

“Flying Home” is ontdaan van alle vet: Deruddere schreef een eenvoudig verhaal dat hij eenvoudig verfilmt. Voor overbodige tierlantijntjes is geen plaats: het is zowaar een wonder dat bijfiguren als toogplakker Gène Bervoets tijd en ruimte krijgen. Toch resoneren die kleine wegwerpmomenten beter dan de belangrijke scènes: kijk maar naar de kleffe en weinig subtiele ontmoeting tussen Dornan en zijn ouders - wat een sleutelscène zou moeten zijn gaat ei zo na kopje onder. Helemaal bar is de climax waarin de verhaallijnen wel héél snel en gespeend van elke franje worden afgehandeld. Mantel der liefde of niet, een beetje meer flatlineoverstijgend poer in de aars had zeker geen kwaad gekund om het publiek te laten koeren van genot. Of hoe je als kijker beter niet al te kritisch de zaal binnenstapt om “Flying Home” als mooie film te kunnen appreciëren.

Alex De Rouck


Synopsis

Colin, een ambitieuze Amerikaanse investeringsbankier, stelt één van zijn potentiële klanten –een rijke Arabische sjeik en gepassioneerde duivenliefhebber – een deal voor: als hij erin slaagt de Vlaamse duivenmelker Jos Pauwels te overtuigen zijn prijsduif te verkopen, dan gaat de sjeik met hem in zee.
Colin vertrekt naar Vlaanderen en doet zich voor als een leraar. Maar wanneer hij de koppige eigenaar, en vooral zijn mooie kleindochter Isabelle leert kennen, realiseert hij zich dat zijn opdracht moeilijker zal lopen dan gehoopt.